Duca di Saragnano Sangiovese Toscana
Topklasse Sangiovese! Volle en zachte wijn met een rijk bouquet van vlierbessen, kersen, kruiden en citrusvruchten. De stevige body en de frisse afdronk maken het een heerlijke wijn- en spijsvriend. De druivensoort is Sangiovese die met de hand geplukt wordt en 6 maanden rijping krijgt op Franse eikenhouten vaten. Lekker bij gegrild vlees, stoverij, pasta carbonara, lasagne en gerijpte kazen
AWARDS: 95 pts Luca Maroni
Smaakprofiel en kenmerken
Land/gebied | Italië (Toscane) |
Wijnhuis | Duca di Saragnano |
Jaar | 2018 |
Geur | Rijp |
Smaakprofiel | Vol en zacht met kruidige tonen |
Druif | Sangiovese |
Bewaren tot | 2024 |
Serveertip | Gegrild vlees, stoverij, pasta's en gerijpte kazen |
Wijngebied Toscane
Toscana is altijd een belangrijke wijnstreek geweest met een rijke geschiedenis. De geschiedenis van de Toscaanse wijn gaat terug tot circa 700 v.C. Vanaf de val van Rome tot aan de Middeleeuwen waren de monniken de belangrijkste leveranciers van Toscaanse wijn. Het kan erg warm zijn in Toscana. De heuvels die het landschap kenmerken hebben een grote invloed op de kwaliteit van de wijnen. De hoger gelegen wijngaarden zijn wat koeler en leveren gemiddeld genomen mooiere wijnen op dan de druiven in de dalen. Toch zijn veel Toscaanse wijnen van een bovengemiddelde kwaliteit. Toscane heeft 11 DOCG en 39 DOC’s gebieden. Totale wijnproductie: 661.165 hectoliter.
Druivensoorten in Toscane (70% rode wijn en 30% witte wijn).
Blauwe druivenrassen
Sangiovese
Canaiolo nero
Cabernet sauvignon
Merlot en syrah (voor super Toscan)
Witte druivenrassen
Malvasia bianco
Vernaccia
Trebbiano
Toscane heeft 11 DOCG en 39 DOC’s gebieden.
Belangrijkste wijngebieden:
Chianti (met div sub regio’s)
Chianti Classico
Montalcino
Montepulciano (gebied en druivensoort)
Carmignano
San Gimignano
Bolgheri
Maremma (Zuidwest Toscane))
Lucca en Lucchesia
Druif Sangiovese
De Sangiovese druif is een oude en van origine Toscaanse druif die waarschijnlijk afkomstig is van de wilde “vitis silvestris”. Het is één van de oudste Italiaanse druivensoorten en heeft zijn naam te danken aan het Latijnse "sanguis Jovis" wat "bloed van Jupiter" betekent. Overal in Italië is deze druif aangeplant en is inmiddels zo'n 14 keer gekloond.
In het begin van 1800 is de druif verdeeld in de Sangiovese Grosso en Sangiovese Piccolo. Het verschil zit hem voornamelijk in de grote van de druif. Deze soort gedijt het beste in een gemiddeld warm klimaat op een goed gedraineerde bodem. Hij rijpt laat en is gevoelig voor regen tijdens het oogstseizoen. De druiven hebben weinig fruit, maar veel zuren en tannines, weinig suiker en alcohol en is vrij aards. De meeste druiven worden gebruikt voor de productie van Chianti en Chianti Classico. Een klassieke Sangiovese wijn is droog, bevat veel tannine en heeft een gemiddelde complexiteit. Daarnaast heeft de wijn veel zuren en tonen van kersen, kruiden en champignons. Naast Italië is de Sangiovese ook aangeplant in Argentinië, Roemenië, Chili en Australië. Sangiovese heeft een lange rijptijd en wordt meestal tussen half september en eind oktober geoogst.